University Racing Team gaat nog één keer vlammen in Assen
Met fonkelnieuwe onderdelen, lange werkdagen en een recordaantal vrouwen in het team maakt University Racing Eindhoven (URE) zich op voor een intense racezomer.

Het ý-studententeam presenteerde de nieuwe auto op 19 juni op het Koeveld op de campus van de universiteit. Van 12 tot 17 juli zijn de leden te vinden op het TT Circuit in Assen voor de Formula Student Netherlands. Helaas voor de laatste keer. Een maand later volgt de iconische Hockenheimring in Duitsland.
Voor het zover is, sleutelen de ruim tachtig studenten van het koortsachtig om hun zelfgebouwde elektrische én autonome raceauto tijdig af te hebben. De URE19 is op veel vlakken namelijk een frisse start. Centraal staat een compleet nieuwe monocoque, het dragende chassisdeel voor de bestuurder waar de rest van de auto omheen wordt gebouwd.
Grip en stabiliteit verbeterd
De nieuwe ‘kuip’ is smaller en langer, waardoor de stuurhoek groter is. Ook zit de bestuurder lager in de auto. Daarnaast is er een nieuw ontwerp voor het ophangsysteem, inclusief een verstelbaar anti-rolsysteem. Die helpt om de gewichtsverplaatsing beter te verdelen over de wielen, waardoor grip en stabiliteit verbeteren.
Bijzonder aan het verstelbare systeem dat URE19 heeft geïmplementeerd, is dat het zowel de op-en-neerbeweging van de auto (de ‘pitch’) kan verminderen (denk aan hard remmen of accelereren waardoor respectievelijk de neus dan wel de achterkant zakken) als de ‘roll’, de zijwaartse kanteling bij het nemen van een bocht. “Zonder zo’n systeem ben je gedwongen tot een constructie waarbij je óf voor het één, of voor het ander kiest, legt Tess Rademaker uit. Zij is bestuurslid van URE en dit jaar de financieel en operationeel verantwoordelijke binnen het team.
“Door de nieuwe monocoque moesten we veel onderdelen opnieuw ontwerpen en maken,” vertelt ze. “Bestaande onderdelen van vorige auto’s, zoals de wieldragers (de studenten spreken zelf van uprights), pasten niet meer.” Die belangrijke ophangingsdelen moeten nu speciaal worden gefreesd uit aluminiumblokken, maar die zijn op het moment van schrijven nog niet klaar.
Om toch verder te kunnen, 3D-printte het team tijdelijke varianten. Die prijken momenteel op het in aanbouw zijnde chassis in de werkplaats van URE aan de oostkant van de ý-campus. “Zo hoeven we niet te wachten om verder te kunnen met de rest van de opbouw.”
[De aluminium wieldragers arriveerden gelukkig op tijd voor de presentatie op 19 juni -Red.]
Lange dagen, mooie kansen
Het bouwen van zo’n raceauto is elk jaar opnieuw een titanenklus. Ieder team bouwt verder op het werk van voorgangers. Dit jaar zijn er onderdelen hergebruikt van de URE17 en 18, zoals de vier losse elektromotoren en een geavanceerde LiDAR-sensor (Light Detection and Ranging, een soort laser-radar die afstanden meet en daarmee heel gedetailleerde 3D-beelden van de omgeving kan maken). Maar door het nieuwe chassis moest het team op veel vlakken zogezegd het wiel opnieuw uitvinden.
Dat gaat gepaard met lange dagen. “Het bestuur draait vaak van negen uur ’s ochtends tot elf uur ’s avonds,” zegt Tess. Studeren komt dan op het tweede plan. “Je kunt in zo’n bestuursjaar misschien drie vakken volgen.” Ter vergelijking: gemiddeld volgt een ý-student er jaarlijks twaalf. Toch heeft ze de keuze bewust gemaakt: na haar bachelor Werktuigbouwkunde wilde ze juist ervaring opdoen buiten de collegebanken. “Je leert hier veel over organiseren en samenwerken, doet veel mooie connecties op in de industrie en leert zelfs het een en ander over jezelf.”
Tess maakt begrotingen, organiseert testdagen en regelt de merchandise. Ook de communicatie valt onder haar verantwoordelijkheid. “Dat zijn zaken die tijdens mijn opleiding niet aan bod zijn gekomen, dus het is voor mij echt een meerwaarde dat ik dit hier leer.” Gelukkig kon ze zelf ook nog de mouwen opstropen: zo hielp ze met het lamineren van de monocoque met carbon.

Sociale leven even op pauze
URE telt zo’n tachtig leden, waarvan het merendeel parttimers zijn. Die werken gemiddeld vijftien uur per week aan het team, naast hun studie. Het bestuur, onder wie Tess, doet het fulltime. “Het vraagt wel wat van je tijd,” vertelt ze. “Je ziet je vrienden minder vaak en sporten schiet er soms bij in. Maar je krijgt er ontzettend veel voor terug en leert in korte tijd enorm veel.”
Onder leiding van voorzitter Esmee Tetteroo wist het team een nieuwe, grote sponsor aan zich te binden. “We hebben dit jaar flink ingezet op acquisitie,” vertelt Tess. “De middelen die we daarmee binnenhalen, zijn overigens bedoeld voor het volgende team. Iedere jaargang zorgt dat de volgende generatie van URE goed van start kan gaan, net zoals wij destijds profiteerden van het werk van URE18.”
Opvallend dit jaar: maar liefst twintig procent van het team is vrouw, een record. “Dat zijn er dus zo’n zestien,” zegt Tess. “Zelfs het bestuur telt twee vrouwen: Esmee en ik.” Die stijging komt volgens haar mede door actieve werving onder vrouwelijke studenten.
Rollout
Op 19 juni presenteerde URE de nieuwe auto op het Koeveld op de ý-campus. De rollout is traditioneel het moment waarop de auto voor het eerst aan het publiek wordt getoond. De URE19 reed nog niet tijdens de feestelijke onthulling. Omdat URE vanwege het herontwerp en het wachten op materialen nog zo weinig heeft kunnen testen, wilden ze geen risico nemen.
Als alternatief was er een demonstratievideo en waren oudere modellen te bewonderen, zoals de URE04, -09, -13 en -14. Sommige daarvan zijn privé gerestaureerd door oud-leden en reden enkele ererondjes langs het Koeveld.

Laatste keer Assen, dan Hockenheim
Met de presentatie achter de rug, begint het echte werk. Eerst wordt er geracet in Assen, dan Duitsland. De Formula Student Netherlands is dit jaar voor het laatst, want er is geen budget meer om het evenement in stand te houden. URE eindigde daar vorig jaar als tiende in het algemeen klassement, maar werd knap tweede in de categorie ‘Cost & Manufacturing’.
In Duitsland neemt het team niet alleen deel aan de elektrische klasse, maar ook aan de autonome race. Met één druk op de knop schakelt de URE19 om van mens-bestuurd naar zelfrijdend. Door de LiDAR van de vorige versie mee te nemen, ‘ziet’ de wagen anderhalf keer verder dan eerdere modellen, en nog in kleur ook. Het team mikt qua autonome topsnelheid op 70 kilometer per uur. Tests moeten uitwijzen of dat ook wordt gehaald. De topsnelheid met een mens achter het stuur moet 106 kilometer per uur bedragen.
De toelating tot het circuit van Hockenheim is geen kwestie van inschrijven, maar van bewijzen. De teams moeten dikke rapporten inleveren over ontwerp, simulatie, productie en veiligheid. “De organisatie is streng,” weet Tess. “Wie de regels breekt of zich niet professioneel gedraagt, ligt eruit.”
Snelheid, precisie én theoretische onderbouwing
Tijdens de competitie gaat het niet om directe races tegen andere teams, zoals in de Formule 1. In plaats daarvan testen teams ieder apart hun voertuigen in verschillende onderdelen, verdeeld over dynamic en static events. Bij de dynamic events, zoals acceleratie, skidpad (een achtvormig parcours), autocross en endurance, draait het om snelheid en precisie: zo snel mogelijk rijden zonder pionnen te raken, zowel met een bestuurder als autonoom.
De static events gaan over het concept en de voorbereiding: teams presenteren hun businessplan, onderbouwen hun kosten en productieaanpak en lichten hun technische ontwerp toe.
Mediacontact
Het laatste nieuws


